Heemkring   Stekene                

Stekene  Kemzeke   Koewacht KL-Sinaai  Hellestraat

 

Google
 

                                                                             

www.deuzie.be © Overname uit de tekst zijn toegestaan mits vermelding van Auteur en tijdschrift. Info: <lucdebrant@gmail.com>

 

18de jaargang deel 2 nr 3

Vlaamse volksnamen van planten – deel 2

“Mooie kerstlelies en begijnenkappen” dachten de paters

en zij kweekten duivelinnen en spinnenkoppen in hun tuin

Harry Van Driessen en Hilde Meersschaert (tekeningen)

 

 

 

 

T

ot de Ranonkelfamilie behoren niet enkel boterbloemen, maar ook tal van planten die we overvloedig als sierplanten aantreffen in de tuin.  Dotterbloemen versieren de vijver; bosranken klimmen langs een muurtje; kerstrozen geven kleur aan putje winter; bosanemonen, akeleien, monnikskappen en riddersporen zorgen elk seizoen voor kleur. 

In katholieke middens zag men in de bloemvorm van de monnikskap uiteraard een begijnenkap, paterskap of capucienenkapken.  Dezelfde plant is echter ook gekend als Kempische kap en boerenkapruin.  Het volgende rijmpje van rond de eeuwwisseling heeft niets te maken met toenmalige liefdesperikelen, doch met de algemeen gekende giftigheid van de monnikskap «Van paterskappen blauw, uw handen hou!».  Op enkele plaatsen bekeek men de bloemen als spinnenkoppen.

Stinkend nieskruid en kerstroos zijn «sterke» planten, in de zomer bestand tegen felle zon, in de winter groen blijvend en zelfs bloeiend vanaf de kerst- en nieuwjaarsperiode.  Men kende deze taaie planten als boom des levens, levensboom of duivelinne.  In het Waasland werd de kerstroos wat vriendelijker kerstlelie genoemd.  Voor gelovigen was het ontluiken van de sneeuwwitte bloemen een aankondiging van de geboorte van Christus.  De kerstroos was dan ook een heilige en zelfs duivelwerende plant.

De nu nog nauwelijks gekende wrangwortel is nauw verwant met de kerstroos.  Als de varkens «vurig» waren, staken de boeren ter genezing een stukje wrangwortel door een gaatje in het varkensoor (‘t vaan steken).  De volgende namen duiden op dit gebruik: vaankruid, veekruid, vierstekken, vuurstekken, vuur-kruid, vuurwortel, brandkruid en vaanstek

 

De vriendelijk ogende anemonen hebben wegens hun huidontstekende eigenschap, vooral onpopulaire volksnamen.  Zo kent men de bosanemoon als duivelsbeet, duivelsklauw, kwa-ogenbloem, wertenbloem, wild-vuurkruid, rappebloem en rappekruid.  «Rappen» was een volksnaam voor een huidziekte met onaangename werten of puisten.

De akelei heeft zijn volksnamen vooral te danken aan de bloemvorm; voor sommigen een klok (kleuksken, klokke, kloksken, kuipken), voor anderen een bel of «schel» (schelle,  schellebloem, schelleken).

 

Vermelden we ten slotte nog vastenavondzotjes ( de rond vastenavond bloeiende winterakoniet) en duivelsnaairanken (door de duivel als naaigerief te gebruiken taaie, buigzame ranken van de bosrank).

 

 

Overzicht

Familie: Ranunculaceae (Ranonkelfamilie) 

Vermelde soorten:

Dotterbloem (Caltha palustris), Stinkend nieskruid (Helleborus  foetidus), Kerstroos (Helleborus niger), Wrangwortel (Helleborus viridis), Akelei (Aquilegia), Ridderspoor (Delphinium), Monnikskap (Aconitum), Bosanemoon (Anemone nemorosa), Bosrank (Clematis vitalba), Winterakoniet (Eranthis hyemalis).

 

Vlaamse volksnamen:

 

(De namen die in het Waasland en directe omgeving voorkomen zijn onderlijnd)

Dotterbloem: dobbel-boterbloem, grote boterbloem, moeras-dotterbloem, meerschboterbloem, palakkebloem, water(boter)bloem, puitenbloem, dodder

Stinkend nieskruid: boom-des-levens, levensboom, ijzeren-duivel

Kerstroos: duivelinne, kerstlelie, kerstmisbloem, zwarte nieswortel

Wrangwortel: vaankruid, veekruid, vierstekken, vuurstekken, vuurkruid, vuurwortel, brandwortel, vaanstek

Akelei: akulei, kleukskes, klokken, kloksken, kuipkens, schellebloem, schellekens, schelle

Ridderspoor: riddersporen, sporen, dolfijn (verbastering van het Franse Dauphinelle)

Monnikskap: begijnenkappen, boerenkapruin, capucienekapkens, Kempische kap, paterskappen, spinnenkoppen

Bosanemoon: anemonie, bosanemoniek, duivelsbeet, duivelsklauwen, koekoekskruid, kwa-ogenbloem, rappebloem, rappekruid, wendrose, wertenbloem, wild-vuurkruid, witte boterbloem, boshanevoet, luisbloem

Bosrank: brandkruid, dievekruid, klimop, meelblommetjes, vuurkruid, waaiged (verbastering van wijngaard), klematijte, klematik, clementine, duivelsnaairanken

Winterakoniet: vastenavondzotjes

 

Nog gekend in steekproef Groot-Stekene:

Dotterbloem: meersboterbloem

Ridderspoor: luizekruid (?)

 

Bosanemoon: anemonie



Belangrijkste andere volksnamen in Nederland:

 

Dotterbloem: fladder, koebloem, pompebloem, waterdrakenwortel

Kerstroos: sneeuwroos, winterlelie

Akelei: Onze-Lieve-Vrouwe-handschoen, roosje-zonder-doorns

Ridderspoor: schoentjes

Monnikskap: Adam en Eva, huwelijksbootjes, schippersmuts

Bosanemoon: melkwortel

Bosrank: heggeboschdruif, heggewurger

Winterakoniet: eidooiers, gele winterbloem, lentebloem

 

Belangrijkste Middelnederlandse namen:

 

Dotterbloem : watergoudbloemen

Stinkend nieskruid: swarte nieswortele, swart niescruyt

Kerstroos: cropcruyt, kerstcruut

Wrangwortel: viercruyt

Akelei: aquileycruit

Ridderspoor: riddersbloemen

Monnikskap: blauwe wolfswortel

Bosanemoon: boschhanevoet, wit woudthaenken

Bosrank: woudtwijngaert

Winterakoniet: heylig kerstcruyt, winterwolfswortel.

 

Litteratuur

 

Voor een inleiding en de litteratuuropgave bij deze reeks over Vlaamse volksnamen van planten, zie:

Harry Van Driessen, Van Aaronsoren tot zwijnsoren, in d’EUZIE, jg. 18 (1999), nr. 1.

 

 

 

 

 

           

Soms zenden we een brief met nieuws over de kring of  andere zinvolle activiteiten.

Nieuwsbrief:  Lees hier Oude brieven

Vul je emailadres in
om onze nieuwsbrief te ontvangen!
AanmeldenAfmelden
Powered by YourMailinglistProvider.com

 

Google
 

                                                                             

www.deuzie.be © Overname uit de tekst zijn toegestaan mits vermelding van Auteur en tijdschrift. Info: <lucdebrant@gmail.com>